Anatomie en functie
De achterste kruisband (AKB of PCL = posterior cruciate ligament) bevindt zich centraal in het kniegewricht en verloopt achter de voorste kruisband en voorkomt dat het bovenbeen ten opzichte van het onderbeen naar voren verschuift. Daarnaast voorkomt de achterste kruisband het overstrekken van de knie. De band hecht aan aan de binnenzijde van de intercondylaire ruimte (zie foto tpv asterisk) van het bovenbeen en verloopt naar de achterzijde van het scheenbeen. De band heeft een soort trompetvorm in die zin dat hij ter plaatse van het bovenbeen breed is en aan de zijde van het onderbeen versmalt. De achterste kruisband is zeer stevig en er is een groot letsel nodig om de band te scheuren. De achterste kruisband is sterker dan de voorste kruisband. Hij bestaat uit twee bundels (anterolaterale en posteromediale bundel) en is ongeveer 38 mm lang. De doorbloeding van de achterste kruisband is rijker dan die van de voorste kruisband en dit is onder andere de reden dat er soms enige herstelkans mogelijk is na een ruptuur en niet altijd voor een operatieve behandeling wordt gekozen. Het letsel van de achterste kruisband kan met lichamelijk onderzoek worden vastgesteld. In geval van twijfel kan een inventariserende scopie van de knie worden overwogen.