voorbeelden van prothesen
Zoals boven gesteld wordt met een knieprothese een aantal zaken verbeterd:
1. botaangroei (osteofyten) wordt verwijderd waardoor de knie een smallere contour krijgt en beter kan strekken en buigen.
2. de as van het been wordt hersteld waardoor de prothese in neutrale stand belast wordt. Dit is belangrijk voor de overlevingsduur van de prothese.
3. de stijfheid, veroorzaakt door de artrose, vermindert met implantatie van een knieprothese. Van 70 graden buiging naar 120 graden buiging en de strekbeperking was verdwenen. Deze patiënt had naast de artrose ook chondrocalcinosis (verkalking van de menisci en het kraakbeen).
4. de stabiliteit van de knie verbetert. Dit komt door de bouw en vorm van de prothese waardoor de beide kruisbanden kunnen worden opgeofferd (Posterior Stabilized of PS) of waarbij de achterste kruisband wordt gespaard vooral bij de jongere patiënten gebruikelijk (Cruciate Retaining of CR). Op de onderstaande foto's zijn beide componenten afgebeeld. Het verschil zit dus in de bovenbeenscomponent (femoraal gedeelte). Daarenboven is ook de vorm van de polyethyleen insert van belang voor stabiliteit.